Omgevingsvisie laat natuur en landschap in de kou staan!

De gemeente werkt aan de Omgevingsvisie 2025-2040. Hierin worden een aantal belangrijke toekomstplannen vastgelegd. Maar natuur en landschap komen er bekaaid af. Het Graetheidecomité heeft op 12 oktober 2024 een zienswijze ingediend waarin de volgende bezwaren tegen de omgevingsvisie gemaakt worden.

1. Mogelijke grindwinning
Tijdens het participatieproces over het eerste concept van een Omgevingsvisie is er door veel inwoners gereageerd op de mogelijkheid om op Graetheide grindwinning toe te staan. In het Participatieverslag lezen we (blz. 15): In de omgeving van Born pleiten veel deelnemers tegen grindwinning op de Graetheide, dat voor langdurige overlast zou zorgen. Ze pleiten ervoor Graetheide groen te laten en het duurzaam en milieuvriendelijk in te richten. In de bijlage bij het participatieverslag zien we dat tientallen inwoners via “prikken op de kaart” voor het Graetheidegebied aangeven: stop met plannen voor grindwinning! Tot onze grote teleurstelling heeft u met de inbreng van deze inwoners helemaal niets gedaan. Op zijn minst had u de conclusie kunnen trekken dat een onafhankelijk onderzoek naar het draagvlak voor ontgrinding noodzakelijk is.

We lezen nu in het ontwerp Omgevingsvisie wederom: We onderzoeken of en hoe een eventuele ontgrinding van meerwaarde kan zijn bij de versterking van landschap en natuur op het Graetheideplateau (blz. 94).
Wat het begrip meerwaarde in deze context inhoudt wordt in de visie helaas niet uitgewerkt. In een e-mail die de gemeente mede namens de provincie op 27 juni 2023 in het kader van een WOO-verzoek aan het Graetheidecomité stuurde wordt duidelijk gesteld wat bedoeld wordt met meerwaarde. Letterlijk staat er: het gaat er om of de gewenste positieve waarden uit de strategische gebiedsvisie daadwerkelijk door, of als gevolg van, de ontgronding worden bewerkstelligd / worden gehaald. Oftewel dat ze niet worden gehaald als de ontgronding niet doorgaat. Alleen dan kunnen de positieve effecten toegerekend worden aan de ontgronding als maatschappelijke meerwaarde. Dit had volgens ons in de Omgevingsvisie meegenomen moeten worden.

Tot nu toe is noch door de gemeente, noch door L’Ortye, aangegeven waaruit de hierboven bedoelde meerwaarde zou kunnen bestaan. Grindwinning heeft volgens ons geen enkele meerwaarde. Integendeel, grindwinning is zeer negatief voor de leefbaarheid in de omgeving en zorgt voor verval van landschap en natuur op Graetheide. De Omgevingsvisie blijft in gebreke bij het concreet benoemen van projecten die meerwaarde op zouden kunnen leveren. Omdat die er blijkbaar niet zijn dient grindwinning afgewezen te worden.
Tot slot past grindwinning ook niet in de circulaire visie die de gemeente Sittard-Geleen in haar omgevingsvisie duidelijk toont.

In de Gebiedsvisie omgeving Chemelot van november 2021wordt een onderzoek naar grindwinning aangekondigd. Grindwinning is (volgens de Oosthoek Encyclopedie voor het Milieu) het delven van grind door graven en baggeren. Maar op Graetheide gaat het niet alleen om winning maar ook om grindverwerking (zeven, breken etc.). Hiervoor wordt zelfs een bedrijfsgebouw geplaatst. Dit is in strijd met de Gebiedsvisie omdat daar alleen sprake is van grindwinning en niet van verwerking.

Uit de Omgevingseffectrapportage van Arcadis blijkt dat de geluidsoverlast van de grindwinning een probleem is. Gesteld wordt Geluidoverlast in Sittard-Geleen neemt niet af en mogelijk zelfs toe door uitbreiding van Chemelot en toekomstige verwerking van grindwinning. De WHO-advieswaarden zullen niet behaald worden (blz. 57).
Grindwinning op Graetheide zal volgens het Graetheidecomité voor verhoging van de geluidsoverlast gedurende zeker 15 jaar gaan zorgen in de omliggende woonkernen Graetheide, Berg a/d Maas, Urmond, Born, Guttecoven en Einighausen. Aantasting van de leefbaarheid voor duizenden inwoners is voor ons een belangrijk argument waar de gemeente zich ook veel meer bewust van moet zijn. Juist in een Omgevingsvisie waarin u in fraaie volzinnen de noodzaak voor het versterken van leefbaarheid, groene waarden, ecologische veerkracht en biodiversiteit benoemt is het onbegrijpelijk dat u vindt dat grindwinning toelaatbaar is.

2. Ontwikkeling Graetheideplateau
Bij de beschrijving van de ontwikkeling van het Graetheideplateau (blz. 94) wordt volstaan met enkele gemeenplaatsen. Niets is concreet gemaakt en duidelijk omschreven. Het is daarom terecht dat in het rapport van Arcadis opgemerkt wordt: Een deel van de maatregelen in de concept omgevingsvisie zijn van een laag detailniveau en dus nog niet concreet uitgewerkt. Veel van de maatregelen zijn nog niet concreet en/of specifiek genoeg wat betreft ruimtelijke invulling.

Wat ontbreekt zijn b.v. concrete gegevens over de geplande robuuste ecologische verbindingszone over Graetheide. Weliswaar lezen we (blz. 97): Met een recreatieve ecologische verbinding zorgen we voor een verbetering van de oost westverbinding voor mens en dier. Maar waar die zone, b.v. wat betreft afmetingen, aan moet voldoen wordt uit de Omgevingsvisie in het geheel niet duidelijk. Hetzelfde geldt voor de “natuurverbindingen” die in fig. 16 (blz. 98) langs de Bergerweg en langs de A2 ingetekend zijn.

In de Omgevingsvisie wordt ook niet ingegaan op de gevolgen van een eventuele ontgrinding voor de ontwikkeling van het Graetheideplateau. Volgens ons zijn die gevolgen desastreus, maar de Omgevingsvisie ziet dit probleem liever niet onder ogen.

3. Ruimtebeslag vanwege de energietransitie
In de Gebiedsvisie omgeving Chemelot werd vastgelegd dat Graetheide een groene inrichting zou behouden (landbouw en ecologische verbindingszone) en de Lexhy bestemd zou zijn voor uitbreiding van de Chemelot-campus. Inmiddels is er een nieuwe ruimte vragende ontwikkeling in het kader van de noodzakelijke energietransitie. Dat betekent dat TenneT op korte termijn ruimte in dit gebied zoekt voor een nieuw 380 kV hoogspanningsstation (ruimtebeslag ca. 25 ha) en dat in de directe nabijheid daarvan in het kader van programma VAWOZ door het Ministerie gezocht wordt naar ruimte voor een gelijkstroom converterstation (5-7 ha) en mogelijk een elektrolyser (ca 20 ha). Daarmee komt er een ruimtevraag bij van maar liefst 50 ha.

Wij zijn van mening dat deze voorzieningen op de Chemelot-site gerealiseerd moeten worden. In dit verband verwijzen we naar de mede door ons (samen met wijkplatforms, IVN, lokale agrariërs en NMF Limburg) bij de Provincie ingediende zienswijze hierover.
Als dit onmogelijk blijkt te zijn is de Lexhy waarschijnlijk het enige alternatief. Wij vinden dat alleen acceptabel als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan.
• De projecten op de Lexhy worden ruim afgeschermd met een stevige groene zone.
• De uitbreiding van de campus mag dan niet op de Lexhy gerealiseerd worden.
• Voor aanvang dient gestart te worden met natuurcompensatie door de aanleg van de ecologische verbindingszone op Graetheide. DSM dient als compensatie voor de winst bij de grondverkoop de gronden voor deze ecologische verbindingszone om niet beschikbaar te stellen aan b. v. Natuurmonumenten.

Het is belangrijk om focus aan te brengen in de opgaven en de maatregelen die genomen moeten worden. Welke ambities kiest de gemeente Sittard-Geleen voor ontwikkelingen op de lange termijn? Alle onderwerpen komen bij elkaar in dit gebied: de verduurzaming van de industrie, extensievere landbouw en de aanleg van een ecologische verbindingszone. Sommige van deze opgaven zullen goed in elkaar passen, maar er zullen ook tegenstellingen zijn die tot moeilijke keuzes leiden. Het is aantrekkelijk om aan te nemen dat met een slimme mix van meervoudig ruimtegebruik en innovatieve technologie alle wensen en doelen gerealiseerd kan worden. Maar dit is zelden het geval. Het Graetheidecomité pleit er dan ook voor dat de gemeente duidelijke keuzes maakt. Voor een deel volgen die keuzes uit wettelijke opgaven die prioriteit krijgen (zoals de natuurherstelwet of kader richtlijn water) of uit een participatieproces dat eensgezindheid naar boven brengt.

4. Invulling van het gebied de Lexhy
In de ontwerp Omgevingsvisie kiest u zonder enig voorbehoud ervoor om het gebied de Lexhy te bestemmen voor grootschalige uitbreiding van de Chemelot-campus. Tot nu toe is echter niet aangetoond dat deze ontwikkelingen niet op het huidige Chemelot-terrein mogelijk zijn. Volgens Chemelot is er nog ongeveer 100 ha vrij. In de nabije toekomst komt nog extra ruimte beschikbaar door de sloop van twee grote fabrieken. Verder zitten er op de site enkele bedrijven (bijvoorbeeld Mammoet) die niets van doen hebben met chemie en eigenlijk op een ander industrieterrein thuishoren.

U geeft aan dat u het ruimtegebruik op de bestaande Chemelot-campus wenst te optimaliseren. Ieder instrument daarvoor ontbreekt echter. We hebben als Graetheidecomité er al eerder op aangedrongen dat er werk gemaakt moet worden van een door de overheden (gemeente en provincie) te beheren openbare grondboekhouding voor de gehele Chemelot-site. Wat is het huidig ruimtebeslag op de site? Welke gebieden zijn nog open en bruikbaar? Welke fabrieken zullen binnen afzienbare termijn gesloopt worden? Waar en hoe is meervoudig ruimtegebruik mogelijk? Met zo’n openbare grondboekhouding kan de overheid mee sturen voor het ook door u gewenste optimale ruimtegebruik op de site en alleen dan is er ook inzicht of er over pakweg 5 tot 20 jaar wel echt een noodzaak aanwezig is om uitbreiding van de Campus naar de Lexhy te rechtvaardigen.

In de nu voorlegde tekst is er helaas op de Lexhy heel veel mogelijk. Zo lezen we: De campus richt zich op research en development binnen de sectoren (performance) materialen, chemische technologie en processen, regeneratieve geneeskunde en (bio) medische materialen. Op het terrein is ruimte voor onderwijs, testfaciliteiten, pilotfabrieken en kantoren die daar onlosmakelijk mee verbonden zijn. Ook voor kleinschalige, kennisintensieve productiebedrijven en voorzieningen die daaraan gekoppeld zijn of daaruit ontstaan is er plek (blz. 74). Dit is echter volledig achterhaald doordat DSM zich terugtrekt uit de Campus. Helaas gaat de Omgevingsvisie niet in op de gevolgen hiervan. Verwacht mag worden dat het groeitempo van de Campus veel lager zal zijn dan wat enkele jaren geleden verwacht werd. Het accent van Chemelot ligt in de toekomst niet op de hierboven genoemde onderwerpen maar op recycling. De ontwikkelingen op de Lexhy zullen zich hierop concentreren. Het is toe te juichen dat Chemelot werk maakt van recycling van materialen die ze zelf produceren (zoals plastics). De vraag is echter of het in het belang van de regio is dat Chemelot zich gaat richten op recycling van allerhand andere materialen, zoals autobanden en batterijen. Op die manier wordt Geleen het vuilnisvat van de verre omgeving.

Waar we helemaal steil van achterover sloegen is deze passage: Gezien het samengaan met de landschappelijke kwaliteiten, wordt op De Lexhy geen maximale maat gehanteerd voor de gebouwen (blz. 74). Wat met de eerste helft van de zin bedoeld wordt is volstrekt onduidelijk. En waarom nu al vastgelegd wordt dat ook extreem grote gebouwen op de Lexhy mogelijk moeten zijn wordt evenmin duidelijk gemaakt. Over het op dit terrein aanwezige Lexhy-bos schrijft u dat dit zoveel als mogelijk behouden moet blijven (blz. 74). Zoveel als mogelijk is een rekbaar begrip. Een ondergrens voor wat er nog over moet blijven wordt niet genoemd. Het kan dus zo zijn dat het niet mogelijk blijkt om
meer dan drie bomen te behouden. De geciteerde zinsnede maakt duidelijk dat niet het behouden van het bos maar de plannen voor de Campus de hoogste prioriteit hebben. Wij zijn van mening dat vastgelegd moet worden dat het Lexhy-bos onaangetast blijft. Het is immers zo dat zelfs als er elders compensatie van het Lexhy-bos plaats vindt, dat het vele tientallen jaren duurt voordat dit ‘nieuwe’ stuk natuur dezelfde ecologische waarde heeft.

5. Risico’s voor landschap en natuur.
De Omgevingseffectrapportage van Arcadis wijst op grote risico’s voor de natuur als gevolg van de plannen voor de Lexhy: Het grootste risico voor Natuurnetwerk Limburg is de uitbreiding van de Brightlands campus ten noorden van Chemelot. Het bos ten noorden van het huidige Chemelot is aangewezen als natuurnetwerk Limburg. In dit bos zitten met name veel vogelsoorten, waaronder Rode Lijstsoorten en voormalige Rode Lijstsoorten als de grote lijster, groene specht, middelste bonte specht en grauwe vliegenvanger (blz. 13)
…..uitbreiding van de Brightlands Chemelot Campus op De Lexhy, die ten koste gaat van ruimtelijke kwaliteit landschap en natuurgebieden, (blz. 34)

De gemeente schrijft hierover in de Omgevingsvisie dat zij willen zorgen dat ontwikkelingen samen gaan met de versterking van de groene kwaliteiten van het buitengebied en de herkenbaarheid van de verschillende landschapstypen. De gemeente zet hierbij in op compensatie/verevening (blz. 84). De ontwikkeling op De Lexhy is goed ingepast en gaat gepaard met een landschappelijke versterking van het Graetheideplateau (compensatie/ verevening) (blz. 74).
Wat die compensatie inhoudt wordt niet vermeld. En hoe natuurcompensatie op Graetheide gecombineerd kan worden met grindwinning gedurende 15 jaar is ons een raadsel. Er wordt gesteld: We onderzoeken of 10 procent groen-blauwe dooradering van het buitengebied in 2040 haalbaar is (blz. 89). Als dit die compensatie is stelt het dus niets voor. Het Graetheidecomité vindt dat door optimaal grondgebruik op de huidige Chemelot-site de genoemde ontwikkelingen indien mogelijk op deze site gerealiseerd moeten worden. Aantasting van het Lexhy-bos is voor ons onbespreekbaar.

6. Conclusie
Als de Lexhy geheel bestemd gaat worden voor economische activiteiten en ook nog een deel van Graetheide voor grindwinning is de balans tussen economie en natuur compleet zoek. Alle mooie woorden over het belang van meer balans tussen ecologische en economische veerkracht maakt u volstrekt ongeloofwaardig als uw plannen doorgang zouden vinden om én de Lexhy op te offeren voor economische activiteiten én grindwinning toe te staan op Graetheide.
Wij stellen daarom de volgende wijzigingen in de Omgevingsvisie voor.
1. Grindwinning dient afgewezen te worden.
2. Toegevoegd dient te worden dat het Lexhy-bos niet aangetast wordt.
3. De geplande electriciteitsstations dienen op de Chemelot-site te komen, tenzij aangetoond kan worden dat dit onmogelijk is.
4. De uitbreiding van de Campus naar de Lexhy mag alleen toegestaan worden als op de Chemelot-site geen ruimte meer beschikbaar is.
5. Op de Lexhy mogen niet én de electriciteitsstations én de campus-uitbreiding gerealiseerd worden. Er dient een keuze tussen beiden gemaakt te worden.
6. Op de Lexhy mogen geen productiebedrijven gevestigd worden en de gebouwen moeten goed ingepast worden in het landschap.
7. De Oude Postbaan mag op het terrein van de Lexhy pas afgesloten worden als er een goed alternatief voor deze weg is.
8. De plannen voor natuurcompensatie/ verevening, waaronder de ecologische verbindingszone over Graetheide en de natuurverbindingen langs de A2 en de Bergerweg, dienen geconcretiseerd te worden en vooruit te lopen op realisatie van economische activiteiten op de Lexhy.